Heb ik het recht om in de huurwoning van mijn overleden ouders te blijven wonen?

Stel, de 25-jarige Emma woont in een huurwoning samen met haar moeder. Helaas overlijdt haar moeder plotseling. Emma, nu wees, maakt zich zorgen of ze nog wel in de huurwoning van haar overleden moeder mag blijven wonen. 


Wet huurbescherming weeskinderen

In Nederland is de wetgeving rondom huurrechten recentelijk aangepast om de positie van wezen, oftewel kinderen die hun ouder(s) verliezen, te verbeteren. Deze aanpassing richt zich specifiek op de situatie waarin jongvolwassenen in een huurwoning wonen waarvan hun overleden ouder(s) de huurder was.

Meer weten? Lees dan ook: Weeskinderen kunnen niet zomaar meer uit huis gezet worden.

Voortzetten huurcontract 

Jongvolwassenen (wezen) tot 27 jaar hebben het recht om het huurcontract van hun overleden ouder(s) voort te zetten als zij op het moment van overlijden al in de woning woonden. Dit is een aanpassing van de eerdere regelgeving, die vaak slechts een tijdelijke voortzetting van het huurcontract toestond.

Duur van het recht

Dit recht op voortzetting geldt tot de leeftijd van 27 jaar. Dit geeft de jongvolwassene tijd om te zoeken naar een andere geschikte woonruimte, zonder direct na het overlijden van de ouder(s) verhuisd te moeten worden.

Leestip: Mag je als hoofdbewoner iemand uitschrijven uit een woning?

Aantonen woonsituatie

De jongvolwassene moet aantonen dat hij of zij in de woning woonde op het moment van overlijden van de ouder(s). Dit kan bijvoorbeeld door inschrijving bij de gemeente op dat adres.

Overige voorwaarden

Er kunnen aanvullende voorwaarden zijn, zoals het voldoen aan de huurbetalingsverplichtingen en het onderhouden van de woning volgens de huurovereenkomst.